De Nederlandse arbeidsmarkt kent verschillende wetten die gericht zijn op eerlijk werk en het voorkomen van misstanden. Een van de minder bekende, maar voor werkgevers en intermediairs belangrijke regels is de Wet Vbar. Deze wet heeft direct te maken met de manier waarop werkgevers omgaan met belastingafdracht bij het uitlenen of inhuren van personeel.
In dit artikel leggen we uit wat de Wet Vbar precies is, waarom deze wet werd ingevoerd en welke betekenis de wet vandaag de dag nog heeft.
Wat betekent Vbar?
De afkorting Vbar staat voor Wet verlegging van de aansprakelijkheid voor loonbelasting en omzetbelasting bij het uitlenen van arbeidskrachten. De wet bestaat sinds de jaren zeventig en is ingevoerd om belastingontduiking tegen te gaan in de uitzend- en aannemingsbranche.
Het idee is eenvoudig: wanneer een uitlener of aannemer nalaat om loonbelasting of btw af te dragen, kan de Belastingdienst de inlener of opdrachtgever aansprakelijk stellen. Op die manier wordt voorkomen dat de schatkist geld misloopt en worden bedrijven gestimuleerd om alleen met betrouwbare partners samen te werken.
Waarom is de Wet Vbar ingevoerd?
In de jaren zeventig en tachtig kwamen veel misstanden aan het licht bij malafide uitzendbureaus en onderaannemers. Werknemers werden wel uitgeleend, maar de verplichte belastingen en premies werden niet of nauwelijks afgedragen. De Belastingdienst had vervolgens weinig mogelijkheden om het geld te innen, omdat de malafide bedrijven vaak snel verdwenen of failliet gingen.
De Wet Vbar moest dit probleem oplossen door de verantwoordelijkheid niet alleen bij de uitlener te leggen, maar ook bij de inlener. Daarmee ontstond een ketenaansprakelijkheid: als opdrachtgever profiteer je van het werk van de uitgeleende werknemer, dus draag je ook verantwoordelijkheid voor de juiste afdracht van belastingen.
Hoe werkt de Wet Vbar in de praktijk?
Wanneer een bedrijf personeel inleent van een uitzendbureau of aannemer, geldt dat de opdrachtgever medeverantwoordelijk kan worden gehouden voor de loonheffingen en btw. Dit betekent dat de Belastingdienst de opdrachtgever kan aanspreken op het moment dat blijkt dat het uitzendbureau of de aannemer deze niet heeft afgedragen.
Om dit risico te beperken, werd later de G-rekening geïntroduceerd: een geblokkeerde bankrekening waarop opdrachtgevers een deel van de factuursom kunnen storten. Het bedrag op deze rekening mag alleen worden gebruikt om loonheffingen en btw aan de Belastingdienst te betalen. Op die manier kan de opdrachtgever aantonen dat hij zijn zorgplicht heeft vervuld.
Verschil met de Wet Ketenaansprakelijkheid
De Wet Vbar lijkt sterk op de Wet Ketenaansprakelijkheid (WKA). Het verschil zit vooral in de toepassing. De WKA ziet op loonheffingen bij aanneming van werk in de bouw en andere sectoren, terwijl de Vbar breder geldt voor het uitlenen van personeel. In beide gevallen gaat het om het voorkomen dat de overheid inkomsten misloopt door malafide constructies.
Gevolgen voor werkgevers en opdrachtgevers
Voor werkgevers en opdrachtgevers betekent de Wet Vbar dat zij zorgvuldig moeten zijn bij het inhuren van personeel via derden. Enkele belangrijke gevolgen zijn:
- Werkgevers doen er verstandig aan te controleren of een bureau of aannemer betrouwbaar is en de juiste registraties heeft.
- Betalingen aan een G-rekening verminderen het risico dat de opdrachtgever later alsnog wordt aangesproken door de Belastingdienst.
Contracten met uitleners en aannemers moeten duidelijke afspraken bevatten over belastingafdracht en aansprakelijkheid.
Wie dit nalaat, kan geconfronteerd worden met forse naheffingen en boetes, zelfs wanneer het eigen bedrijf de belastingen keurig heeft afgedragen voor de eigen medewerkers.
Wat betekent dit voor werknemers?
Voor werknemers heeft de Wet Vbar indirecte betekenis. De wet is niet in de eerste plaats gericht op hun rechten of beloning, maar zorgt wel voor meer zekerheid. Door de ketenaansprakelijkheid zijn opdrachtgevers terughoudender om met malafide bureaus samen te werken. Dat verkleint de kans dat werknemers de dupe worden van onderbetaling of dat hun sociale premies niet worden afgedragen.
De relevantie van de Wet Vbar vandaag
Hoewel de Wet Vbar al decennia bestaat, is de wet nog steeds relevant. Zeker nu de arbeidsmarkt complexer is geworden en flexibele arbeid toeneemt, blijft het risico bestaan dat niet alle partijen hun fiscale verplichtingen nakomen. De combinatie van Waadi (gelijke beloning en registratieplicht), de Wet Vbar (ketenaansprakelijkheid) en de modernere uitzend-cao’s zorgt samen voor meer bescherming en een eerlijker speelveld.